Hoe plant je een boom?

Misschien heb je het gemist, maar 11/11 is uitgeroepen tot nationale boomdag. Elke tweede zaterdag van november vieren we Nationale Boomplantdag. De herfst is namelijk hét ideale moment om een boom, struik, haagplant of vaste pkant te planten in jouw tuin. 

Vandaag nog geen tijd om je boom te planten? Het plantseizoen loopt nog tot het einde van maart, dus je hebt nog even tijd. Plant je boom met onze tips in deze blog.

‘Een tuin zonder bomen verdient amper om 
een tuin genoemd te worden.’

– Henry N. Ellacombe –

Bomen kiezen

De criteria voor je boomkeuze
‘De juiste boom op de juiste plek’

  1. De grootte van je tuin
    De finale grootte van een boom wordt door veel factoren bepaald. Het is de interactie tussen genen, het milieu en het onderhoud. Ook de mogelijkheid van wateropname, bodem en voedingsstoffen bepalen de finale grootte. Daarom houden we rekening met een gemiddelde grootte in hoogte en breedte van een boom. Je zal vaak zien dat er staat bv. 10-12m of 20-25m. Je kan dus rekening houden met een gemiddelde hier. 

  2. Bodem en bodemvochtigheid
    De meeste bomen kunnen in heel wat typen bodem staan. Ze zijn vaak minder specifiek dan vaste planten. Qua bodemvochtigheid zijn ze vooral specifiek naar natte of vochtige bodems toe. Droog en fris is meestal geen probleem. 

  3. Oriëntatie
    Bomen houden in het algemeen van licht. Omdat ze vaak hoger reiken zijn ze in de meeste situaties wel in staat op licht op te vangen. Liefst staan ze in de zon of halfschaduw. Echte schaduwbomen zijn minder talrijk, maar ook hier geldt voor elke situatie een boom.

  4. Gewenst toekomstbeeld
    We kijken wat ons gewenste beeld van de boom op lange termijn. Wil je dat de boom breed wordt zodat hij voldoende schaduw werpt of net hoog en breed om bepaalde ‘lelijke’ zichten te verstoppen? Verkies je vooral een boom met een mooie herfstverkleuring, stamvorm en/of uitgesproken bloeivorm. Allemaal persoonlijke voorkeuren die je kan verwerken in je boomkeuze.
     
  5. Extra criteria
    Extra criteria kunnen bestuifbaarheid, biodiversiteit of klimaatbestendigheid zijn. Ook de mate waarin ze verhardingen verdragen zijn extra criteria in de soortenkeuze. Woon je op een plek waar de wind stevig kan waaien dan vormt dit nog een bijkomend criterium. 

TIP

In België en Nederland moeten bomen minstens op 2m van de perceelsgrens geplaatst worden. Een boom die minstens 30 jaar oud is en op minder dan 2m van de perceelsgrens staat in België wordt als ‘verworven’ geacht en mag dus blijven staan. In Nederland is dit al na 20 jaar. Deze regel geldt enkel voor (hoogstam) -bomen en niet voor (meerstammige) heesters en struiken. Toch houdt je hier ook best rekening met je buren en de toekomstige breedte van de heester. Ook leibomen mogen net zoals een haag op 75 cm van de perceelsgrens worden geplant tenzij in overleg met de buren op de perceelsgrens.

Bomen planten

Het plantgat voorbereiden

  • Duid de plant plaatsen aan en graaf een plantgat van minstens 1,5x zo groot als de wortel van de te planten boom. Maak het gat best vierkant, de hoeken zorgen ervoor dat de wortels niet rond blijven groeien in het plantgat, maar doorgroeien tot in de rest van de bodem.

  • Werk de bodem van de put wat los, zodat de aarde hier tot diep in de bodem luchtig is.

  • Plaats, indien nodig (bij bomen), je steunhout langs de randen IN het gat. Door ze in het gat te plaatsen, zitten ze nog dieper dan wanneer je ze er naast zet. Zet de steunpalen ver genoeg uit elkaar, zodat de wortels er zeker tussen passen. Hiervoor neem je 2 of nog beter 3 palen. Kastanje of Robinia gaan het langst mee. Je zorgt ervoor dat ze tot ongeveer heuphoogte boven het maaiveld uitsteken. De palen zitten tot de helft in de grond.

  • Voel even met je handen of de uitgegraven aarde vochtig is. Is dit niet het geval, dan is het raadzaam de put even te vullen met water, en deze in de bodem te laten trekken. Op die manier breng je een mooie voorraad water aan bij de start.

 

Het planten

  • Zet de planten in het plantgat

  • Hierna vul je de aarde weer aan. Wat ‘schudden’ met de wortels tijdens het aanplanten, helpt om de grond zijn weg goed te laten vinden tussen de wortels. 

  • Vaak wordt aangeraden in het plantgat ook compost te mengen. Dit zouden we echter afraden, omdat dit het effect van ronddraaiende wortels in het plantvak weer versterkt. We voegden reeds compost toe in de voorbereiding en willen de planten stimuleren die voeding zelf te gaan zoeken, zodat ze nadien zoveel mogelijk zelfstandig verder kunnen. Wil je toch extra compost geven, wacht dan tot de afwerking (zie hier onder.) Zorg er steeds voor dat de plant na het aanvullen in de aarde zit tot waar hij in de kwekerij heeft gestaan. Kan je dat niet goed zien of twijfel je, zorg dan dat de de hoogste wortels aan de stambasis net onder de grond zit. Plant ze zeker niet dieper, liever te ondiep dan te diep. Bovengronds hout is niet bestand tegen de vochtigheid in de bodem, waardoor die planten langzaam kunnen afsterven. 

  • Zorg ook liever voor een lichte heuveltje naar je boom, dan voor een zonk waar water in blijft staan. Hou er rekening mee, dat de aarde nog wat zal inklinken (zakken) na de aanplant.

  • Druk de aarde licht aan. Meestal zijn enkele (3, 4 of soms meer, afhankelijk van de grootte van je boom) stevige duwen met je hiel in de aarde voldoende. Het is niet de bedoeling alle lucht uit de bodem te stampen! Dit heeft het bodemleven immers nodig om te overleven, en zo voorzie je je boom van voldoende voedsel! De bodem zal nadien door regen en bodemleven ook nog verder worden ‘aangedrukt’, vandaar dat het zo belangrijk is om voor nieuwjaar aan te planten, dan is dit grotendeels gebeurd wanneer de plantenwortels terug actief worden (al in januari/februari worden nieuwe haarwortels gevormd!).

 

Afwerking

  • Werk nu je steunhout af, verbind de palen met een extra houten lat, zodat je ze niet naar elkaar toe trekt wanneer je ze aanspant. Daarna span je je boom mooi rechtop tussen de palen. Meestal gebruikt men hiervoor rubberen boombanden, maar ook een oude binnenband van een fiets kan hiervoor dienst doen. Nagel of vijs de boombanden vast op de palen en niet in de boom zelf!

  • Als je niet met een tuinsproeier werkt, maak je nu best ook een gietrand. Dit is een aarden dammetje, dat belet dat je water wegstroomt bij het water geven. Dit maak je door rondom je boom een dun laagje aarde weg te nemen en in een cirkel rondom je boom legt. Maak dit best even groot als je plantgat was.

  • Toch bang dat je bomen te weinig voeding hebben, leg dan nu een laag extra compost tot ruim buiten het plantgat bovenop de aarde. Zo verrijk je je bodem gelijkmatiger en stimuleer je de wortelgroei.

TIP: Bemesting

Bemesten hoeft niet. De plant gebruikt extra stikstofbemesting voor de aanmaak van blad, niet voor de wortels. De pas geplante boom of struik is verzwakt door de stress van de verplanting. De aanmaak van wortels is op dit moment het belangrijkste. Zit er veel puin in de bodem van het plantgat en ben je genoodzaakt om aarde toe te voegen, gebruik dan grond uit de onmiddellijke omgeving van het plantgat en vul deze aan met oude, verteerde compost (een deel oude compost en twee delen aarde).

Bestel je boom via TUINBOOST met 10% korting bij onze partner. 

Geef je bestelling door via project@tuinboost.be

Geef een reactie

Tips & inspiratie ontvangen?

Wil jij tips & inspiratie ontvangen om je tuin een BOOST te geven? Laat je gegevens achter en wij doen de rest!

Meer lezen?